SHARP

Taal

AANRAAKTYPEN

BEDIENINGSTYPEN

Naast tikken, wat gelijk staat aan het normale aanraken van het scherm, kan het aanraakscherm van het apparaat ook worden bediend door lang aanraken, vegen en schuiven.

Tikken

Raak het scherm met uw vinger kort aan. Gebruik deze methode om een toets, tab of selectievakje te selecteren.

Schuiven

Schuif met uw vinger de schuifbalk op het scherm omhoog en omlaag om door een lijst met een groot aantal items te bladeren.

Lang aanraken

Raak het scherm met uw vinger wat langer aan.

Blijven aanraken op het actiescherm of tekens in het tekstvak om tekens in een tekstballon weer te geven.

Dubbel tikken

Tik twee keer met uw vinger op het scherm. Zo kunt u de afbeelding in het voorbeeldscherm vergroten.

Vegen

Veeg over het scherm om snel naar een voorbeeldafbeelding te bladeren.

Pinch

Raak het scherm met twee vingers aan en beweeg uw vingers naar elkaar toe. Zo kunt u de browser en de voorbeeldafbeelding verkleinen.

Slepen

Sleep (schuif in een willekeurige richting met uw vinger over het aanraakscherm) om tijdens de voorbeeldweergave een pagina in het origineel te vervangen.

Spreiden

Raak het scherm met twee vingers aan en beweeg uw vingers uit elkaar. Zo kunt u de browser en de voorbeeldafbeelding vergroten.

Bediening in de schermen

Toets (tikken)

A. Tik op een item om het te selecteren. De geselecteerde toets krijgt een andere kleur.
B. Tik op cijfertoetsen om cijfers in te voeren.
C. Tik om de waarde te verhogen of te verlagen. Lang aanraken zorgt ervoor dat de waarde wordt verhoogd of verlaagd totdat u het scherm weer loslaat.
D. Tik om een vinkje in te voeren en de instelling in te schakelen.
E. Tik hier om het scherm te sluiten.

Lijst (tikken, schuiven en vegen)

A. Tik op een item om het te selecteren. Het geselecteerde item krijgt een andere kleur.
B. Schuif de schuifbalk omhoog en omlaag. De schuifbalk wordt weergegeven wanneer het item niet op het scherm past.
C. Veeg omhoog of omlaag op de toets. Het item schuift omhoog of omlaag.

Schuifbalk (schuiven)

A. Schuif de knop van de ene kant van het scherm naar de andere kant.

Tab (tikken)

A. Tik op een tab om te veranderen wat wordt weergegeven.

Voorbeeldscherm (dubbel tikken/ Pinch/ spreiden)

A. Als u uw vingers naar elkaar toe beweegt ("pinch") op een voorbeeldscherm dan wordt de schermafbeelding verkleind. Als u uw vingers spreidt dan wordt de afbeelding vergroot. Als u dubbel tikt, wordt de afbeelding ook vergroot.

BEDIENING VAN VEELGEBRUIKTE TOETSEN

Cijfertoetsen

Tik op een cijfer om dit in te voeren.
Tik op de toets [C] om het ingevoerde cijfer te wissen.

In het adresscherm kunt u tekens invoeren die geen cijfers zijn; er wordt een andere toetsindeling gegeven. U kunt de cursor ook verplaatsen met de toetsen [←] en [→]. Tik op de toets [C] om één teken links van de cursor te verwijderen.

Toets [Start] (toets [Z/W Start] en toets [Kleur Start])

Tik hierop om een afdruk- of verzendopdracht uit te voeren.

In de kopieermodus worden de toetsen [Z/W Start] en [Kleur Start] weergegeven.

Toets [Kopiëren annuleren], toets [Storing Cancelled] , toets [Annuleer scan] , toets [Verz. geannul.]

Tik om het kopiëren, afdrukken of verzenden te stoppen.

Toets [CA]

Tik hierop om alle instellingen te annuleren en de oorspronkelijke status in elke modus te herstellen.

Taal

Version 04a / bp70c65_usr_04a_nl

↑Eerste pagina