- Gedeelte voor systeeminformatie
-
Tik op deze gebied
om het scherm Systeeminformatie weer te geven.
SYSTEEMINFORMATIESCHERM
- [Beginscherm]
-
Schakel over naar
het beginscherm.
- Gedeelte voor modusselectie
-
Het modusselectiescherm
wordt weergegeven.
- Sneltoetsen
-
Selecteer sneltoetsen
voor modi of functies.
HET BEGINSCHERM BEWERKEN
- Gedeelte voor vaste weergave
-
Gebruik deze toetsen
om functies te selecteren waarmee het gebruik van de machine gemakkelijker
wordt.
- [Opdrachtstatus] toets
-
Hiermee wordt de
taak in uitvoering of de wachtende taak weergegeven met tekst of
een pictogram.
OPDRACHTEN STOPPEN/VERWIJDEREN, MET
PRIORITEIT VERWERKEN EN DE STATUS CONTROLEREN
- Klok
-
Voor het weergeven
van de tijd.
- Actiescherm
-
Kies functies die
in de betreffende modi kunnen worden gebruikt.
Tik op het tabblad om de lijst met functietoetsen weer te geven.
ACTIESCHERM
- Schakeltoets voor beginscherm
-
Schakel tussen pagina's
voor het weergeven van sneltoetsen.
Recente opdrachten
Druk op deze toets om de inhoud van de meest recent
gebruikte opdrachten in een lijst weer te geven.
Druk op een item in de lijst om de inhoud in de lijst in te
stellen.
(1) Tik op een item in de lijst en de details van de geselecteerde taak verschijnen onder aan het aanraakscherm.
(2) Tik op de toets [Oproepen] om de inhoud van deze opdracht in te stellen.
Pictogram |
Apparaatstatus |
Pictogram |
Apparaatstatus |
|
Printergegevens worden verwerkt.
|
|
Er is een USB-apparaat geïnstalleerd.
|
|
Printergegevens worden afgedrukt.
|
|
Het field-supportsysteem is ingeschakeld.
|
|
Er zijn gegevens om te verzenden.
|
|
Invoer van 1-bits alfanumeriek teken
|
|
Er zijn foutgegevens om door te sturen.
|
|
Er is een gegevensbeveiligingskit geïnstalleerd.
|
|
Er zijn ontvangen gegevens.
|
|
Bezig met verbinding maken met toegangspunt (Niveau
4)
|
|
Er zijn ontvangen vertrouwelijke faxgegevens.
|
|
Bezig met verbinding maken met toegangspunt (Niveau
3)
|
|
Ontvangen gegevens worden vastgehouden.
|
|
Bezig met verbinding maken met toegangspunt (Niveau
2)
|
|
Er zijn ontvangen voorbeeldgegevens.
|
|
Bezig met verbinding maken met toegangspunt (Niveau
1)
|
|
Bezig met OSA-communicatie.
|
|
Geen verbinding met toegangspunt
|
|
Vergrote weergavemodus is ingeschakeld.
|
|
Slechte verbinding met draadloos netwerkapparaat
in het apparaat*
|
|
Ecomodus is ingeschakeld.
|
|
Bezig met wachten op toegangspunt
|
|
Er is een onderhoudsmelding verstuurd.
|
|
Er is geen LAN-kabel aangesloten.
|
|
Bediening op afstand wordt uitgevoerd.
|
|
Bluetooth-verbinding wordt uitgevoerd
|
* Neem contact op met uw leverancier
of de dichtstbijzijnde erkende servicevertegenwoordiger.
SCHAKELEN TUSSEN MODI
Schakelen tussen modi vanaf het beginscherm
Schakelen
tussen modi vanaf de modusweergave
In het voorbeeldscherm kunt u uitvoerafbeeldingen
weergeven en afbeeldingen die in het apparaat zijn opgeslagen via het
aanraakscherm.
[Eenvoudige
modus]
[Normale modus]
Toetsen die worden gebruikt in het voorbeeldscherm
|
Hiermee wijzigt u de modus in de bewerkingsmodus.
U kunt de pagina's van het origineel wijzigen, draaien en verwijderen.
|
*
|
Hiermee draait u de voorbeeldafbeelding van de
hele pagina in de richting van de pijl. Het afdrukresultaat wordt
niet gedraaid.
|
*
|
Hiermee verkleint u de afbeelding.
|
,
*
|
Hiermee geeft u de voorbeeldafbeeldingen weer
van de betreffende pagina's.
|
*
|
Hiermee geeft u de schuifbalk weer voor vergroten/verkleinen.
Door de schuifbalk naar links te schuiven, verkleint
u de afbeelding. Door de schuifbalk naar rechts te schuiven, vergroot
u de afbeelding.
|
|
Hiermee geeft u miniaturen weer van voorbeeldafbeeldingen.
|
*
|
Hiermee vergroot u de afbeelding.
|
*
|
Hiermee geeft u pagina's weer in 3D-weergave.
|
* Kan ook worden gebruikt
in de Eenvoudige modus.
- U kunt de weergavepositie van een
afbeelding wijzigen door de afbeelding tijdens het vergroten te
verslepen.
- Om een afbeelding te vergroten, dubbelklikt
u op de voorbeeldafbeelding als deze per pagina wordt weergegeven.
Pagina's verwijderen
Pagina's verplaatsen
Tik in het voorbeeldscherm op
om de bewerkingsmodus in te schakelen.
Tik op de pagina die u wilt verplaatsen en versleep
om de pagina te verplaatsen.

U kunt de pagina ook verplaatsen door op [Pagina verplaatsen]
te tikken in het actiescherm en dan op

te tikken van de bestemming.
Tik op de toets [Einde bew.].
Pagina draaien
Tik in het voorbeeldscherm op
om de bewerkingsmodus in te schakelen.
Tik op de pagina die u wilt draaien en versleep
of
om de pagina te draaien.
U kunt de pagina ook roteren door te tikken op
[180 graden draaien] (alleen kopieermodus) of [90 graden draaien] (alleen fax-
en scanmodus) op het actiescherm.
Tik op de toets [Einde bew.].
Hoofdstukinvoegingen instellen
Als N-Up of 2-Zijdig is geselecteerd, kunt u een pagina
die is gemarkeerd met
naar de eerste pagina verplaatsen.
Tik in het voorbeeldscherm op
om de bewerkingsmodus in te schakelen.
Tik op de pagina waar u hoofdstukinvoegingen wilt instellen.
Tik op
.

wordt weergegeven op de pagina.
- U
kunt ook hoofdstukinvoegingen instellen door op [Hoofdstukinvoeg. opgeven] te
tikken in het actiescherm.
- De instelling
van hoofdstukinvoegingen annuleren:
Tik op
dat op de pagina wordt weergegeven, of
selecteer de pagina en tik op [Annuleer hoofdstukinv. geselecteerde pagina.] in het
actiepaneel.
Tik op de toets [Einde bew.].
Lege pagina invoegen
Tik in het voorbeeldscherm op
om de bewerkingsmodus in te schakelen.
Tik op
en tik op
voor de locatie voor het invoegen van
een lege pagina.
U kunt ook een lege pagina invoegen door op [Lege pagina invoegen]
te tikken in het actiescherm.
Tik op de toets [Einde bew.].
Een gedeelte van het origineel verwijderen
Tik in het voorbeeldscherm op
om de bewerkingsmodus in te schakelen.
Tik in het actiescherm op [Opgegeven bereik wissen].
Volg de aanwijzingen in het scherm om het te wissen
bereik op te geven.
Geef het te wissen bereik op en tik dan op de toets [OK].
Om de afbeelding buiten het opgegeven bereik te
verwijderen, tikt u op [Wisbereik omkeren] in het actiescherm.
In het actiescherm selecteert u [Deze wispositie toep. op alle pagina's.] of [Deze
wispositie toep. op deze pagina.].
Herhaal deze stappen indien nodig om het wisbereik en
de betreffende pagina's op te geven.
Tik op de toets [Verlaten].
Instellingen wijzigen
Door op het tabblad links in het scherm te tikken, kunt
u de instellingen wijzigen.
U kunt niet op de toetsen van functies tikken waarvan de instellingen
niet kunnen worden gewijzigd.